Bij een maculapucker zijn er plooien in het midden van het netvlies (macula, gele vlek) ontstaan. Beelden kunnen hierdoor waziger en vervormd worden waargenomen.

Licht komt door het hoornvlies, de lens en het glasvocht op het netvlies terecht. Het netvlies is een lichtgevoelige laag aan de achterzijde van het oog. Het netvlies zet licht om in signalen die naar de hersenen worden gestuurd. De hersenen maken hier een beeld van. Het midden van het netvlies wordt de macula (gele vlek) genoemd. Met dit deel van het netvlies kunnen we het scherpst zien.

Door trekkrachten vanuit het glasachtig lichaam kan er als reactie hierop een laagje
weefsel over de macula gaan groeien.

Dit weefsel kan gaan samentrekken, waardoor er plooien in het netvlies ontstaan. Dit wordt een macula pucker genoemd.

Beelden kunnen hierdoor vervormd worden waargenomen. Ook kan het beeld waziger worden. Deze klachten kunnen langzaam verergeren. Een maculapucker kan leiden tot slechtziendheid, maar leidt niet tot blindheid.

De oogarts zal in het oog kijken om het netvlies en de macula te beoordelen (funduscopie). Hiervoor is het nodig dat de pupil eerst zo wijd mogelijk wordt gemaakt met behulp van oogdruppels. Om de macula te bekijken kan de oogarts gebruik maken van verschillende lenzen die voor het oog worden gehouden.

 

De Lairessestraat 59   1071 NT   Amsterdam   020-679 71 55   omca@me.com   www.omca.nl

Om een macula pucker nog beter in beeld te brengen, kan gebruik gemaakt worden van de OCT (Optical Coherence Tomography).

Met de OCT kan een afbeelding worden gemaakt van de verschillende laagjes van de macula en eventuele structuren die zich op of voor de macula bevinden.

Dit onderzoek is pijnloos en ongevaarlijk. Afhankelijk van de klachten kan besloten worden om de maculapucker met een operatie weg te halen.

Of een operatie noodzakelijk is hangt af van verschillende factoren. Uw oogarts zal de mogelijkheden met u bespreken.

De meeste maculapuckers hoeven niet geopereerd te worden omdat de klachten niet heel storend zijn en/of de afwijking stabiel lijkt te blijven (75% kans).

Het gezichtsvermogen van beide ogen, de mate van beeldvervorming en de last die men hierdoor heeft bij het zien met beide ogen, spelen een rol bij de beslissing om wel of niet te opereren.

 

Oogziekenhuis OMC Amsterdam

Amsterdam Eye Hospital

De Lairessestraat 59   1071 NT   Amsterdam   020-679 71 55   omca@me.com   www.omca.nl