Blepharospasme kan sterk variëren in ernst. Soms bestaat er niet meer dan een verhoogde knipperfrequentie of treedt de afwijking alleen op bij stress.

In ernstige gevallen gaan de ogen vrijwel niet meer open. Een speciale variant van blepharospasme is een verhoogde spanning van de kringspier rond het oog die zich bij sommige patiënten ontwikkelt na verlamming van de gelaatszenuw. Hierdoor knijpt het oog steeds enigszins dicht.

Om de diagnose blepharospasme te kunnen stellen moet eerst onderzoek worden gedaan door een neuroloog. Op basis van de symptomen en onderzoekresultaten kan de diagnose door de oogarts worden gesteld en kunnen de mogelijke behandelingen worden besproken. Helaas wordt de oorzaak van blepharospasme bij de meeste patiënten niet gevonden.

Bij de behandeling van blepharospasme wordt in de kringspier rond het oog op een aantal plaatsen (meestal 4-5 aan iedere kant) een zeer kleine dosis 'botulinumtoxine' gespoten.
Bij de eerste behandeling wordt uitgegaan van een standaarddosering van 0,05 tot 0,1 ml en standaard injectieplaatsen. Bij vervolgbehandelingen kan dit worden aangepast, afhankelijk van het effect van de eerdere behandeling. Wanneer de wenkbrauw ook betrokken is bij het knijpen, kan de behandeling worden uitgebreid met injecties boven de wenkbrauw.

Door de behandeling verliest de spier (binnen ongeveer 1 tot 2 weken) gedurende ongeveer 2 tot 3 maanden een groot deel van zijn knijpkracht. De werkingsduur varieert per patiënt. Hiernaast ziet u schematisch aangegeven waar bij blepharospasme de injecties worden gegeven.

Bijwerkingen

De bijwerkingen van de behandeling zijn meestal gering, bovendien nemen ze af met het verminderen van de werking van de botulinumtoxine. De meest voorkomende bijwerkingen zijn:

  1. Eén ooglid gaat na de behandeling hangen. Dit komt doordat de botulinumtoxine door de weefsels penetreert en daardoor ook de spier die het ooglid heft (die dieper in de oogkas zit) (deels) kan uitschakelen. Deze complicatie kan zeer hinderlijk zijn, maar het hangende ooglid gaat in enkele maanden geleidelijk weer omhoog wanneer het effect van de botulinumtoxine afneemt.

  2. Het oog sluit minder goed, waardoor klachten optreden zoals een zandgevoel, last van het licht, tranen en irritatie. Ook dit neemt geleidelijk af, ondertussen kunt u kunsttranen gebruiken. Vooral patiënten die een verlamming van de gelaatszenuw hebben gehad lopen veel kans op deze bijwerking.

  3. Blauwe plekken in het ooglid. Iedere injectie, hoe klein ook, kan een blauwe plek veroorzaken. Het duurt ongeveer twee weken voordat een blauwe plek genezen is.

Ernstige complicaties zijn na behandeling met botulinumtoxine nog niet voorgekomen.

Resultaten

De resultaten van de behandeling zijn wisselend. Patiënten met ernstige afwijkingen zijn vaak zeer tevreden met de behandeling. Patiënten met weinig afwijkingen vinden de verbetering soms te gering, soms vinden ze het middel erger dan de kwaal wanneer bijwerkingen optreden. Omdat het effect van botulinumtoxine geleidelijk afneemt, kan de patiënt twee maanden na de behandeling iedere keer weer beslissen of hij/zij met de behandeling doorgaat.

 

De Lairessestraat 59   1071 NT   Amsterdam   020-679 71 55   omca@me.com   www.omca.nl

Oogziekenhuis OMC Amsterdam

Amsterdam Eye Hospital

De Lairessestraat 59   1071 NT   Amsterdam   020-679 71 55   omca@me.com   www.omca.nl