De Lairessestraat 59 1071 NT Amsterdam 020-679 71 55 omca@me.com www.omca.nl
A Review of Glaucoma Examination Procedures
and New Instrumentation
INLEIDING
Glaucoom is de derde meest voorkomende oorzaak van blindheid in de Verenigde Staten, met meer dan 120.000 legaal blind door de ziekte.
Meer dan 3 miljoen mensen in de VS hebben de diagnose; van de gediagnosticeerde mensen heeft ongeveer de helft een visuele beperking.
Meer dan 70% van het glaucoom is van het type primaire openhoekglaucoom (POAG).
Bovendien hebben tussen de 6-12 miljoen mensen in de VS een verhoogde intraoculaire druk (IOD) of oculaire hypertensie.
Bijna 5 miljoen polokliniek bezoeken per jaar zijn te wijten aan glaucoom. Deze cursus volgt een procedure-gebaseerde benadering om een basisoverzicht en update te geven van onderzoekstests, diagnostische symptomen en nieuwe instrumenten voor het beheer van DrDeramus.
GLAUCOOM ONDERZOEK
Geschiedenis
Bij de anamnese moet rekening worden gehouden met verschillende risicofactoren voor glaucoom. Etniciteit is een sterke risicofactor.
Mensen met een gepigmenteerde huid hebben 3 tot 6 keer meer kans om primair openhoekglaucoom te ontwikkelen dan mensen met een lichte huid. POAG komt ook eerder voor en veroorzaakt 6 keer meer kans op blindheid. In feite is POAG de belangrijkste oorzaak van blindheid bij mensen met een gepigmenteerde huid.
Een familiegeschiedenis van glaucoom moet ook worden onderzocht. Naaste familieleden van patiënten met POAG hebben een verhoogde prevalentie van glaucoom. Hoewel genetische factoren duidelijk een rol spelen, is de wijze van overerving onduidelijk. Een gen geassocieerd met glaucoom, het myocilinegen, is geïsoleerd, maar slechts 5% van de POAG-gevallen is het gevolg van mutaties van dit gen.
Een geschiedenis van systemische vasculaire aandoeningen zoals hartaandoeningen, het syndroom van Reynaud en migraine zijn vooral belangrijk bij het bepalen van het risico van de patiënt op normaal spanningsglaucoom.
Toenemende leeftijd verhoogt ook het risico op het ontwikkelen van glaucoom. Bijziendheid (met name hogere bijziendheid) kan ook een risicofactor zijn.
Gezichtsscherpte
Gezichtsscherpte wordt doorgaans niet beïnvloed door glaucoom in de vroege of matige stadia, maar kan worden aangetast in meer gevorderde stadia, vooral wanneer de papillomaculaire bundel wordt aangetast.
Pupil
Omdat glaucoom typisch een bilaterale aandoening is, is een verschil in pupilrespons vaak moeilijk te beoordelen, tenzij er opmerkelijke assymetrische zenuwbeschadiging tussen de ogen is. Een trage pupilreactie op licht kan optreden, meestal in meer gevorderde stadia van de ziekte.
Kleurenzien
Net als gezichtsscherpte en pupillen worden defecten niet opgemerkt, tenzij de ziekte vergevorderd is. Desaturatie van kleur kan vaker voorkomen dan volledig verlies van kleurenzicht in matige stadia van glaucoom.
Amsterdam Eye Hospital
Oogziekenhuis Amsterdam