De visus of gezichtsscherpte is de mate waarin wij details kunnen waarnemen; het vermogen om twee dicht bijeen liggende punten van elkaar te onderschei-den. In het centrum van de retina bevindt zich een heel klein gebiedje waarmee we kleine details kunnen zien. Het netvlies is hier heel dun en er zijn geen bloedvaten die het licht onderbreken.
Dit plekje heet de gele vlek of macula.
Kimbols.be - De beste website met informatie voor slechtzienden
Zij heeft een website ontwikkeld ten behoeve van blinden en slechtzienden die ver uitstijgt boven alles wat er op dit gebied beschikbaar is vanuit Vlaanderen en Nederland.
Oogziekenhuis OMC Amsterdam
Amsterdam Eye Hospital
De Lairessestraat 59 1071 NT Amsterdam 020-679 71 55 omca@me.com www.omca.nl
OOG Low Vision & Optometrie
Dit is het plekje midden in het centrum van het netvlies, recht achter de pupil. In de gele vlek bevinden zich alleen kegeltjes en geen staafjes. Deze kegeltjes (ongeveer 6 miljoen in getal) liggen dicht bijeen, zij kunnen ieder hun eigen impulsen aan de hersenen doorgeven.
Daardoor is in de gele vlek (macula) een zeer hoge gezichtsscherpte mogelijk. De kegeltjes functioneren alleen als er voldoende licht aanwezig is.
Wanneer de helderheid groter wordt, is ook de gezichtsscherpte groter; de kegeltjes worden meer geprikkeld. In de schemering functioneren de kegeltjes minder of niet, zodat de gezichtsscherpte dan ook minder is.
Met de macula lezen we, herkennen we mensen, zien we dat het eten de goede kleur krijgt bij bakken, etc.Steeds als we iets bekijken, richten we de ogen zodanig dat het beeld op de macula valt. Deze fixatiereflex ontwikkelt zich al in de wieg.
De gezichtsscherpte wordt uitgedrukt in de formule V = d/D.
De visus wordt gemeten door de oogarts of door een optometrist / opticien.Hiervoor gebruikt hij / zij de letterkaart. Iedere letterkaart is gestandaardiseerd voor een bepaalde afstand: 3, 5, of 6 meter.
De persoon wordt gevraagd welke letters hij kan lezen van boven naar beneden.
Wanneer hij tot onderaan komt, heeft hij een visus van 1 ofwel: 100 %.
Wanneer iemand ergens halverwege blijft ‘steken’, correspondeert dat met een bepaalde visuswaarde. Deze visuswaarde wordt uitgedrukt in procenten of in een breuk. Bijvoorbeeld 20 % of anders gezegd: 2/10. (Deze procenten of breuken zijn gewone breuken.) Dit betekent dat de betreffende persoon moeite heeft met het waarnemen van details. Wanneer iemand bijvoorbeeld een visus van 2/10 heeft, betekent dit dat hij op 2 meter de details kan zien die een goedziende al op 10 meter afstand kan zien. Zo zal een goedziende die op 10 meter afstand van een boom staat, zien welke vorm de blaadjes hebben. De slechtziende zal naar de boom toe moeten lopen en pas op 2 meter afstand zien of het om een beuk of een eik gaat.Bij sterke slechtziendheid worden de volgende methodes gebruikt:
* vingers tellen op 1 m. = 1/60
* handbewegingen waarnemen op 1 m. = 1/300
* licht / donker perceptie = er wordt alleen waargenomen of het in een ruimte licht of donker is.
Bij een gezichtsscherpte van 0,3 of lager heeft men hoogstwaarschijnlijk leesproblemen. De ontwikkeling van de gezichtsscherpte is pas voltooid na het 4de levensjaar. De visus die we uiteindelijk hanteren, is de waarde die men bereikt na optimale correctie.
Low Vision hulpmiddelen
De hulpmiddelen bij slechtziendheid zijn divers. Zo bestaan er boeken en agenda’s met een extra groot lettertype, zijn er verschillende soorten loepen en kun je de verlichting in huis verbeteren voor meer zicht. Dit wordt allemaal bepaald aan de hand van jouw situatie en jouw wensen. Een optometrist kan hierbij helpen.
Loepen
Voor alle loepen geldt; hoe hoger de vergroting, hoe kleiner de diameter van het glas wordt.
Daardoor wordt het overzicht dus steeds minder.
Een heel sterke loep die het overzicht van een hele bladzijde heeft, is technisch dus onmogelijk.
Loepbrillen
Deze brillen lijken qua uiterlijk nog het meest op een gewone bril, maar bieden slechts beperkte vergroting en vereisen een korte kijkafstand.
Hoe hoger de vergroting van een loepbril wordt, des te korter de kijkafstand.
Telescoopbrillen
Telescoopbrillen bestaan uit een optisch systeem (verrekijker) die op of door een basisglas is gemonteerd in een stevig montuur.
Een telescoopbril wordt individueel op maat vervaardigd en kan voor één of twee ogen gemaakt zijn.
Door een instelbaar systeem te gebruiken of te werken met extra opzetlenzen, kunnen soms meerdere taken op verschillende afstanden met een bril uitgevoerd worden.
Telescoopbrillen voor veraf zien kunnen gebruikt worden voor het kijken van televisie of theaterbezoek.
Omdat je met een telescoopbril de handen vrij hebt, is een telescoopbril voor nabij zeer geschikt om mee te schrijven, handwerken en te knutselen. Je kunt hier ook goed mee lezen.
Elektronische hulpmiddelen (beeldschermloep)
Bij de elektronische hulpmiddelen (beeldschermloep) wordt gebruik gemaakt van een camera en een beeldscherm.
Er bestaan modellen voor op tafel of kleinere meeneembare versies met accu.
Een beeldschermloep is met name geschikt voor mensen die een hoge vergroting nodig hebben en/of voor wie een hoog contrast (zwart/wit) belangrijk is.
OOG Low Vision & Optometrie
De Lairessestraat 59 1071 NT Amsterdam 020-679 71 55 omca@me.com www.omca.nl
Onze optometristen zijn opgeleid om ook bij mensen met medische oogafwijkingen optische gezichtshulpmiddelen aan te meten. Dat kunnen vergrotende hulpmiddelen zijn voor slechtziende mensen maar ook op het gebied van brillen en contactlenzen beschikken wij over veel meer mogelijkheden dan in de gewone brillenzaak.
U kunt bij ons ook terecht voor aanmeting van filterbrillen bij gevoeligheid tegen licht, kappen brillen bij zeer droge ogen en veiligheidsbrillen.
Amsterdam Eye Hospital
Oogziekenhuis Amsterdam