Bij de oogbewegingen wordt, afhankelijk van de afwijking, gebruik gemaakt van de volgende onderzoeken:

8 blikrichtingen

De patiënt volgt een lampje in 8 blikrichtingen. De orthoptist beoordeelt of de oogbewegingen symmetrisch en soepel verlopen.

Er kan een toename of afname van zowel het horizontale als het verticale scheelzien te zien zijn.

Hess scherm

Het Hess-scherm wordt gebruikt om de oogbewegingen in de verschillende richtingen vast te leggen. Dit onderzoek wordt verricht in een half donkere kamer en wordt vooral gebruikt als er sprake is van dubbelzien.

Veld van binoculair enkelzien

Wanneer een patiënt in bepaalde richtingen dubbel en in andere richtingen enkel ziet, kanmet het veld van binoculair enkelzien vastgelegd worden in welke richting dit gebeurt.

Convergentie en accommodatie

Met een voorwerpje of testinstrument wordt bepaald of beide ogen tegelijkertijd voldoendenaar de neus kunnen bewegen (convergeren). Ook het scherpstellen (accommoderen) kanhiermee bepaald worden.

Monoculaire volgbeweging

Terwijl één oog afgedekt is, wordt de volgbeweging van het andere oog beoordeeld. Wanneer deze beweging niet soepel verloopt, is de kans groot dat het oog lui is.

 

De Lairessestraat 59   1071 NT   Amsterdam   020-679 71 55   omca@me.com   www.omca.nl